Aan alle ‘hulpverleners’
Aan alle hulpverleners. Iedereen lijkt tegenwoordig wel een soort psycholoog. De goedbedoelde adviezen vliegen me vaak om de oren en eerlijk is eerlijk: ik maak me er zelf ook wel eens schuldig aan. Maar of al dat populaire gepraat over ‘loslaten’ en ‘jezelf zijn’ iemand nu echt helpt? In mijn ervaring helpt maar een ding als je het – waar dan ook – moeilijk mee hebt en dat is iemand in je omgeving die je de ruimte geeft waarin alles er mag zijn. ‘No good or bad, no right or wrong, nothing to fix or change…‘ (Isaac Shapiro).
Toen ik mijn moeder in haar laatste maanden, weken, dagen en uren bijstond, had ik daar geen ervaring mee. Maar ik wist intuitief hoe ik haar kon helpen. Dat was niet per se door iets doen, maar door er gewoon te zijn. Met haar te wandelen, naast haar te zitten, liedjes voor haar te zingen en lieve herinneringen op te halen. Ja, ik had het er moeilijk mee. Maar ik wist hoe ik haar magere lijfje moest aanraken om het te wassen en haar aan en uit te kleden. Wanneer het licht in haar kamer te dempen en haar zachtjes voor te lezen. Of gewoon samen stil te zijn of muziek te luisteren. En ik wist het moment waarop het tijd was om haar uiteindelijk te helpen slapen. Op een zachte manier. En niet per se zoals de verzorgers, die mij steeds wilden laten merken dat ik mijn moeder vooral los moest laten (duh), het in hun protocol hadden staan. Maar vanuit mijn eigen innerlijke ervaring en liefde.
Vaak heeft iemand advies willen geven of commentaar leveren te maken met je eigen ego dat gezien wil worden. Maar wil je ruimte zijn voor iemand anders, dan is het
noodzakelijk dat je je eigen ego er buiten laat. Dit is een grote, want we vinden het allemaal fijn om enige controle over andere mensen te hebben. We vinden het fijn om te denken dat anderen ons ‘nodig’ hebben. En dat hun welslagen aan onze ‘hulp’ te danken is. Je maakt het dan persoonlijk en je eigen succes (vinden mensen me goed? vinden mensen me aardig?) wordt belangrijker dan de ervaringen van de ander. Om andermans groei te ondersteunen biedt je ruimte en weet je dat mensen op eigen kracht groeien en leren. Iedereen mag zijn eigen fouten maken! Weerhoud jezelf er dus vooral van om overal commentaar op of advies over te geven. Hoor mensen gewoon aan – wees de ruimte waarin alles er mag zijn. Dan komen mensen vervolgens met hun eigen – unieke – oplossingen. ‘Mensen zijn net elastiekjes’, hoorde ik iemand ooit zeggen, ‘ze veren altijd weer terug’. En dat is juist. Fouten maken is simpelweg een deel van onze reis en niet het einde van de wereld.
Als ruimte-maker weet je dus wanneer je je advies/mening voor je moet houden: als de ander zich daar bijvoorbeeld dom of ontoereikend door voelt. Wees daarom nederig en weet dat je niet in andermans schoenen staat. En dat jouw advies misschien helemaal niet het juiste is voor die ander. Geef je wel advies, doe het dan op een zachte manier. Dus: alleen als de persoon je erom vraagt of zich te verloren voelt om erom te vragen. Dit is een voorzichtig ‘spel’ waarbij aanvoelen de sleutel is. Als mensen beseffen dat je ze op een dieper level begrijpt en ondersteunt zonder dat aan hun emoties of acties jouw mening of oordeel aan hangt, voelen ze zich veilig genoeg om complexe emoties te uiten die normaal gesproken verborgen blijven.
Nemen mensen vervolgens hun eigen besluiten, dan kun je er donder op zeggen dat je daar dan wel weer een mening over of commentaar op zult hebben. Want ze doen andere ervaringen op dan jij en zullen daarom ook tot andere beslissingen komen dan jij. De ruimte zijn voor anderen gaat over respect voor hun ‘anders-zijn’. Het gaat over het besef dat je andere mensen dan misschien niet snapt en dat het jou voorkomt alsof ze het ‘fout’ doen. Maar als je ruimte voor iemand kunt zijn, laten we de controle over anderen los en eer je de verschillen. En verwonder je je: wat een mooi mens staat daar!
Namaste!
No comments yet.